Hoe enthousiast ik dan al mag zijn omwille van het geslaagde filmjaar – u leest er in de loop van de week alles over -, zo matig tevreden ben ik over de leesoogst van het voorbije jaar. Al dat filmkijken, en daarnaast toch ook tijdsgebrek, hebben er voor gezorgd dat ik aan het laagste aantal boeken zit in tien jaar: 19.
Wat daarvan absoluut de moeite was, vernam u al op deze blog: Bonita Avenue van Peter Buwalda, Het leven van Pi van Yann Martel en Ik, Hollywood van Jan Van Loy. Verder vond ik ook Het leukste jaar uit de geschiedenis van de mensheid (Ronald Giphart) vermeldenswaardig, al was ik daar meer dan tien jaar te laat mee.
Ik genoot ook opnieuw van enkele stripreeksen. In het Belgische Alleen (op dit moment bestaande uit 7 delen) van Gazzotti en Vehlmann tracht een groep kinderen te overleven in een mysterieuze stad zonder volwassenen. De tekenstijl van Gazzotti, u misschien bekend van de politiereeks Soda, bevalt me zeer en het filmische avontuur is meeslepend.
Kobijn (tien delen in het Nederlands op dit moment) biedt elke keer weer een heel ander verhaal. Dezelfde dierenpersonages, maar telkens in een andere setting of stijl. Belangrijker dan het avontuur zijn vaak de levensbeschouwingen of aanzetten tot filosofie die telkens weer aanwezig zijn. Het Staat in de Sterren was dit jaar de uitschieter. Lewis Trondheim is een groot talent.
Onovertrefbaar is daarnaast de reeks Overlevenden, de vierde cyclus in de wonderbaarlijke serie De Werelden van Aldebaran. Tekenaar Leo is misschien geen meester in het tekenen van personages – die zijn vaak weinig expressief en lijken allemaal even oud – maar zijn talent om vreemde werelden te creëren, vol bizarre fauna en flora, maakt dat allemaal goed. Als er één reeks is voor mij, die als equivalent van een film kan gelden, is het deze.
The Walking Dead was één van de weinig grafische romans die ik dit jaar las. Meeslepend en spannend alweer, maar ook best duur. Vandaar dat ik nog maar zes delen las. Heel vervelend wel dat in de tekstballons telkens een aantal benadrukte woorden schuin en vet staan, maar verder echt de moeite, zeker voor liefhebbers van zombieverhalen.
Wat overigens ook meespeelde in mijn afnemende leeslust: ik ging dit jaar niet meer naar de uitstekende bibliotheek van Haaltert, omdat ik daar niet vaak meer genoeg kwam op momenten dat die open was. Maar daar steeds alle nieuwste romans ter beschikking liggen hebben, was een groot voordeel dat ik in Gent natuurlijk mis. Hier zijn er wél meerdere mensen die dezelfde romans als ik willen lezen, vandaar.